Diensttijd Koninklijke Marine van 9-9-1968 tot 31-10-1974 van
Bram Hoeijenbos (1952)
Alvorens als jongen van 15 jaar en 10 maanden oud naar het keuringscentrum te reizen gaat er eerst nog wat aan vooraf. Op de christelijke ULO Eindstede regelmatig de lessen volgen lukte niet altijd, de resultaten waren daar ook naar. Een aantekening in mijn rapport van de toenmalige klassendocent Pierre Versluis 'Het kunnen is er, maar het willen is niet aanwezig" maakt duidelijk dat de peilen ergens anders op gericht dienden te worden. Doordat regelmatig zonder overleg met de schoolleiding een snipperdag werd opgenomen kon het wel eens voor komen dat de (Berg)haven van Hoek van Holland met een bezoek vereerd werd. Het was daar met al die doorgaande schepen op de Nieuwe Waterweg en de in- en uitvarende loodsboten een lust om naar te kijken. Al vooruitdenkend naar de toekomst leek het nuttig het Ministerie van Defensie aan de Bezuidenhoutseweg 123 te Den Haag met een bezoek te vereren met de bedoeling zowel een brochure van de Koninklijke Marine (KM) als een inschrijfformulier trachten te bemachtigen. In mijn herinnering had het monumentale pand waar ik binnen stapte een hele grote en zware deur. Of er vragen zijn gesteld in de richting van mijn leeftijd en mijn afwezigheid van school kan ik mij niet meer herinneren, maar het gevraagde werd mij overhandigd.
Het Marineopleidingskamp en opkomstcentrum te Hilversum, keuring en selectie in 1969
Foto boven zijn van het NIMH te Den haag, fotograaf Marco Debets.
Foto boven zijn van het NIMH te Den haag, fotograaf Marco Debets.
Zonder overleg met mijn ouders is door mij het formulier ingevuld en opgestuurd. Nadat ik de uitnodiging voor de keuring kreeg moest ik wel wat uit leggen. In principe was mijn vader falicant tegen het in dienst gaan bij de KM. "Er werd daar maar gezopen", zei hij. Later bleek hij voor een groot deel gelijk te hebben. Ik moest eerst mijn school af maken, maar dit was een advies tegen beter weten in. Aan de andere kant dacht mijn vader de zekerheid te hebben dat ik met deze leeftijd en mogelijk ook de IQ-bagage niet zou worden aangenomen. Bij de uitnodiging zat een zogenaamd Vrij vervoer-biljet voor vrij reizen en zou ik op zondagavond naar Hilversum reizen om de maandagochtend daarop fris en frank aan de tests te beginnen. Normaal stond daar vier- tot vijf dagen voor. Echter mijn vader die zodanig de zondag heiligde dat op zondag zeker niet gereisd mocht worden als dit op maandag ook zou kunnen stak daar een stokje voor. Dan maar op maandagochtend met de eerste reisgelegenheid trachten zo snel mogelijk in Hilversum te komen. Ik begon dus al met een achterstand. Die maandagochtend meld ik mij bij de ingang (poort) van het keurings-en opkomstcentrum en na enige uitleg te hebben gegeven wat de oorzaak is van mijn late komst word ik door een marineman naar een gebouwtje gebracht waar meerdere burgers zitten die kennelijk op iets wachten. Zij zijn net wat ouder dan ik en hebben kennelijk altijd de lessen op school gevolgd. Zij zochten gezamenlijk naar antwoorden die op een (1) van de tests gevraagd zouden kunnen worden.
Duidelijk is dat ik hen tijdens het zoeken naar het antwoord op geen enkele wijze kon volgen. Later bleek dit ook niet zo vreemd nadat werd vastgesteld dat ik mij in het groepje bevond dat getest werd voor de opleiding tot officier (adelborst). Hiermee had ik nog een punt verloren terwijl ik nog niet eens met de tests begonnen was. Uiteindelijk wordt ik meegenomen in de flow van de diverse tests waarbij tussendoor ook de lichamelijke- en persoonlijke psychologische keuring plaats vond.
Ondanks dat ik middels de voorlichtingsbrochure had vastgesteld dat ik in de Commandocentrale aan boord van een oorlogsschip werkzaam wilde zijn en daarvoor opgeleid wilde worden werden tijdens de pauzes zoals gebruikelijk diverse voorlichtingsfilms getoond. Zo ook die van het Korps Mariniers waarbij sport en amfibische- en duikactiviteiten op een aanstekelijke manier werden getoond.
Mij is niet bekend wat het aantal in eerste instantie opgekomen keurlingen was maar ik had al gauw door dat als de portier/omroeper enige namen noemde zij zich met tas bij hem dienden te vervoegen, waarna zij per bus naar het treinstation Hollandse Rading werden gebracht. Zij waren dus afgekeurd. Uiteindelijk is het donderdag en is mijn naam niet genoemd om me met tas bij de portier te melden. Tot het einde blijft het dan ook bijzonder spannend. Zou ik een van de uitverkorenen zijn? Dan word ik binnen geroepen bij een in mijn beleving wat oudere man in uniform die mij laat plaats nemen. Gelijk krijg ik het aanbod om als een van de weinige goedgekeurden bij het Korps Mariniers in opleiding te gaan. Deze officier zij dat ik daar trots op moest. Vanzelfsprekend was ik door dit aanbod overdonderd maar ik durfde nog net te vragen of het ook mogelijk zou zijn om de opleiding voor radio-afstandpeiler-plot (rapp) te mogen volgen. Deze bleek volgens de officier al vol te zitten. Meegaand in de trots de films nog vers in het geheugen en mijn vooropgezet plan bij de Marine te gaan doet mij besluiten tot het Korps Mariniers toe te treden en ik onderteken op 28 augustus 1968 bij Ltz 2 OC van Rossen de Verbintenisbrief bij de Zeemacht voor de duur van 6 jaren, de akte van Aanstelling als marinier der derde klasse plus de daarbij behorende bezoldiging groot f 382,=. Daar ik nog minderjarig ben dient een van de ouders hiervoor schriftelijk toestemming te geven
Op donderdagavond thuisgekomen, ik had vooraf gezegd dat de keuring een week zou duren, vroeg mijn vader of ik afgekeurd was. Tien ik hem vertelde dat ik in opleiding zou gaan bij het Korps Mariniers op 9 september (1968) en hij daarvoor toestemming voor moest geven kreeg ik niet direct een positieve reactie. Uiteindelijk na enige dagen wordt het desbetreffende formulier ondertekend en opgestuurd. Ik was er klaar voor.
Duidelijk is dat ik hen tijdens het zoeken naar het antwoord op geen enkele wijze kon volgen. Later bleek dit ook niet zo vreemd nadat werd vastgesteld dat ik mij in het groepje bevond dat getest werd voor de opleiding tot officier (adelborst). Hiermee had ik nog een punt verloren terwijl ik nog niet eens met de tests begonnen was. Uiteindelijk wordt ik meegenomen in de flow van de diverse tests waarbij tussendoor ook de lichamelijke- en persoonlijke psychologische keuring plaats vond.
Ondanks dat ik middels de voorlichtingsbrochure had vastgesteld dat ik in de Commandocentrale aan boord van een oorlogsschip werkzaam wilde zijn en daarvoor opgeleid wilde worden werden tijdens de pauzes zoals gebruikelijk diverse voorlichtingsfilms getoond. Zo ook die van het Korps Mariniers waarbij sport en amfibische- en duikactiviteiten op een aanstekelijke manier werden getoond.
Mij is niet bekend wat het aantal in eerste instantie opgekomen keurlingen was maar ik had al gauw door dat als de portier/omroeper enige namen noemde zij zich met tas bij hem dienden te vervoegen, waarna zij per bus naar het treinstation Hollandse Rading werden gebracht. Zij waren dus afgekeurd. Uiteindelijk is het donderdag en is mijn naam niet genoemd om me met tas bij de portier te melden. Tot het einde blijft het dan ook bijzonder spannend. Zou ik een van de uitverkorenen zijn? Dan word ik binnen geroepen bij een in mijn beleving wat oudere man in uniform die mij laat plaats nemen. Gelijk krijg ik het aanbod om als een van de weinige goedgekeurden bij het Korps Mariniers in opleiding te gaan. Deze officier zij dat ik daar trots op moest. Vanzelfsprekend was ik door dit aanbod overdonderd maar ik durfde nog net te vragen of het ook mogelijk zou zijn om de opleiding voor radio-afstandpeiler-plot (rapp) te mogen volgen. Deze bleek volgens de officier al vol te zitten. Meegaand in de trots de films nog vers in het geheugen en mijn vooropgezet plan bij de Marine te gaan doet mij besluiten tot het Korps Mariniers toe te treden en ik onderteken op 28 augustus 1968 bij Ltz 2 OC van Rossen de Verbintenisbrief bij de Zeemacht voor de duur van 6 jaren, de akte van Aanstelling als marinier der derde klasse plus de daarbij behorende bezoldiging groot f 382,=. Daar ik nog minderjarig ben dient een van de ouders hiervoor schriftelijk toestemming te geven
Op donderdagavond thuisgekomen, ik had vooraf gezegd dat de keuring een week zou duren, vroeg mijn vader of ik afgekeurd was. Tien ik hem vertelde dat ik in opleiding zou gaan bij het Korps Mariniers op 9 september (1968) en hij daarvoor toestemming voor moest geven kreeg ik niet direct een positieve reactie. Uiteindelijk na enige dagen wordt het desbetreffende formulier ondertekend en opgestuurd. Ik was er klaar voor.
Een keuring bij het Marine Keurings- en Selectiecentrum (MARKEURSEL), dat gevestigd is op het terein van het
Marine Opleidingskamp (MOKH) aan de Noodweg te Hilversum wordt op 10 december 1969 gefeliciteerd door
de offecier belast met de aanname, een Majoor der Mariniers, omdat hij zojuist zijn eerste dienstverband bij de
Koninklijke Marine heeft ondetekend
Marine Opleidingskamp (MOKH) aan de Noodweg te Hilversum wordt op 10 december 1969 gefeliciteerd door
de offecier belast met de aanname, een Majoor der Mariniers, omdat hij zojuist zijn eerste dienstverband bij de
Koninklijke Marine heeft ondetekend